De Nationale Wetenschapsagenda
Gedurende de hele maand april van 2015 kregen alle Nederlanders de gelegenheid om een vraag in te dienen voor De Nationale Wetenschapsagenda (NWA). Uiteindelijk zijn er maar liefst 11656 vragen verzameld. Atria heeft zowel zelfstandig als ook in samenwerking met universitaire instituten voor genderstudies en maatschappelijke partners een bijdrage geleverd in de vorm van twee vragen.
Deze oproep vloeide voort uit het beleidsstuk Wetenschapsvisie 2025: keuzes voor de toekomst dat aan het einde van vorig jaar werd aangekondigd en waarin voor een meer directe verbinding tussen wetenschappelijk onderzoek en het bedrijfsleven en de samenleving wordt gepleit. Zowel dit beleidsplan als de gekozen aanpak om de NWA tot stand te brengen, hebben tot vele discussies geleid tussen mensen die zich zorgen maken om de borging van de onafhankelijkheid van wetenschappelijk onderzoek en degenen die de beoogde gezamenlijkheid juist toejuichen.
Genderonderzoek
Volgens een aanzienlijke groep wetenschappers – zie bijvoorbeeld de discussies op de website van de KNAW – is een grote nadruk op probleemoplossend onderzoek onwenselijk. Dat kan namelijk ten koste gaan van een aanpak waarbij een maatschappelijk probleem (zoals ongelijke machtsverhoudingen tussen de seksen) aangetoond moet worden via onderzoek in plaats van dat het een vertrekpunt is. Dit betreft in het bijzonder studies die zich met impliciete en onderliggende mechanismen van allerlei maatschappelijke fenomenen bezighouden, wat geldt voor veel genderonderzoek. Denk bijvoorbeeld aan constructies van gender in speelgoedreclames. Atria deelt deze zorgen. Toch is er voor gekozen om samen met verschillende partners via deelname aan de NWA te proberen de toekomst van het Nederlandse genderonderzoek veilig te stellen.
Conferenties
Aangezien niet alle 11656 vragen kunnen worden overgenomen door de NWA, volgt er de komende maanden een reeks aan selectiemomenten. Eén daarvan zijn de drie conferenties Science for Science, Science for Competitiveness en Science for Society waarin de relevantie van de ingediende vragen zullen worden besproken. Directeur Renée Römkens zal op 18 juni deelnemen aan de conferentie Science for Society (Wetenschap en Maatschappij in gesprek).