Nederland zakt op internationale gelijkheidsindex
Nederland zakte deze week van de 13e naar de 16e plaats op de Global Gender Gap Index. Dit is een internationale ranglijst voor gendergelijkheid van het World Economic Forum. Belangrijkste oorzaken zijn een scherpere meetmethode en achterblijvende arbeidsdeelname van vrouwen. Is de emancipatie van vrouwen op haar retour? Gelukkig niet, maar er zijn wel terreinen waarop het met de gendergelijkheid slechter is gesteld dan in andere landen.
Scherpere meetmethode inkomensverschil straft Nederland af
Een van de oorzaken van de achteruitgang is een nauwkeuriger meetmethode voor inkomensverschillen. Basis voor de berekening vormt het gemiddelde jaarinkomen van vrouwen en mannen, waarbij voor hoge inkomens een maximum geldt. Achterliggende gedachte hierbij is dat m/v-verschillen in hogere inkomensregionen minder invloed hebben op welbevinden. Voorheen was dit maximum 40.000 dollar, dit jaar is het 75.000 dollar. Deze nieuwe grenswaarde werpt meer licht op inkomensverschillen in landen waar de gemiddelde inkomens van mannen, vrouwen of beiden boven de 40.000 dollar liggen. Nederland is één van die landen.
Met deze nieuwe berekening verdienen vrouwen gemiddeld 48% van wat mannen verdienen. Vorig jaar was dit percentage 77 en dus minder conform de werkelijkheid! Voor slechts vier van de 144 landen uit de ranglijst is het effect van de nieuwe grenswaarde nog groter dan voor Nederland.
Dat vrouwen gemiddeld slechts de helft verdienen van het inkomen van mannen hangt sterk samen met het hoge percentage vrouwen dat in deeltijd werkt. Dit geldt voor 64% van de vrouwen, tegenover 30% van de mannen.
Arbeidsparticipatie en loonkloof
Omdat de arbeidsparticipatie van mannen sinds vorig jaar met 1% is gestegen (van 84 tot 85%) en die van vrouwen gelijk is gebleven (74 %), is de ongelijkheid tussen vrouwen en mannen licht gestegen. Ook is het beloningsverschil voor hetzelfde werk (gemeten per uur) licht verslechterd. Een kanttekening hierbij is dat deze indicator gebaseerd is op een enquête onder werkgevers en dus niet op harde cijfers. Het percentage Nederlandse vrouwen dat doorstroomt naar de top valt dit jaar iets hoger uit, maar de stijging is in andere landen groter.
Politieke participatie
Wat betreft de deelname van vrouwen aan de politiek blijft gendergelijkheid wereldwijd achter. Nederland vormt geen uitzondering. Het aandeel vrouwen in het parlement staat stil op 37%: nauwelijks meer dan een op de drie Tweede Kamerleden is een vrouw.
Wat meet de index?
De Global Gender Gap Index meet jaarlijks hoe het met de gelijkheid tussen vrouwen en mannen in de wereld is gesteld. Hierbij hanteert het World Economic Forum vier dimensies: economische participatie, politieke invloed, onderwijs en gezondheid. Voor Nederland en andere westerse landen zijn alleen de eerste twee informatief voor vooruitgang in het emancipatieproces. Op het gebied van onderwijs en gezondheid is er nauwelijks meer sprake van een achterstand van vrouwen, althans op de indicatoren die in deze index zijn verwerkt. Zo is voor onderwijs het doorlopen van primair tot en met tertiair onderwijs een indicator. Maar hoe het staat met de gender-balans in bijvoorbeeld technische en zorg-opleidingen is geen indicator.