Marie Heinen – biografie
Marie Heinen was directrice van het Nationaal Bureau voor Vrouwenarbeid. Zij was de dochter van Gerrit Hendrik Heinen, kunstschilder, en de Zwitserse Marie Streuli.
Wie: Marie Heinen
Geboortedatum: 3 november 1881
Geboorteplaats: Amsterdam, Nederland
Sterfdatum: 24 november 1948
Plaats van overlijden: Den Haag, Nederland
Het leven van Marie Heinen
Na de Openbare Meisjesschool in Amsterdam mocht Marie Heinen tot haar verdriet niet naar het gymnasium en de universiteit. Haar vader wilde geen blauwkous – een spotnaam voor een geleerde vrouw – als dochter. In plaats daarvan werd zij een half jaar naar een Zwitserse kostschool gestuurd. Daarna werd haar opleiding als voltooid beschouwd en ging zij in Zürich aan het werk als volontaire bij een exportbedrijf. Marie Heinen heeft het altijd betreurd dat zij niet heeft kunnen studeren. Zij had een talent voor talen, naast de gebruikelijke moderne talen sprak zij Spaans, Portugees en Italiaans.
Van 1902 tot 1904 werkte zij als correspondente Spaans in een borduurselfabriek in het Zwitserse Herisau. Hier werd ze geconfronteerd met de slechte arbeidsomstandigheden van de fabrieksarbeidsters en werd haar van huis uit meegekregen sociale belangstelling verder aangewakkerd. Van 1904 tot begin 1908 werkte zij als correspondente Spaans en Portugees in een papierwarenfabriek in het Duitse Koblenz. Het werk was echter zwaar en weinig uitdagend, en ze verlangde naar een meer sociaal bewogen werkkring. In 1907 reageerde zij daarom op een vacature voor een directrice van het in 1901 opgerichte Nationaal Bureau voor Vrouwenarbeid (NBV) in Den Haag. Tot haar geluk was de regel waarin werd gevraagd om een afgestudeerd juriste in de advertentie weggevallen, anders had zij nooit gereageerd, zo vertelde ze later. Nu werd ze in 1908 weliswaar niet aangesteld als directrice, maar wel als adjunct-directrice. Zij werd de rechterhand van Anna Polak, die enige tijd later tot directeur werd benoemd.
Nationaal Bureau voor Vrouwenarbeid
Bij het NBV verzorgde Heinen vele publicaties en enquêtes, waaronder de van 1909 tot 1920 verschenen Vrouwenjaarboekjes voor Nederland, met daarin een schat aan informatie over beroepen, opleidingen, de vrouwenbeweging en vakorganisaties. Onder arbeidende vrouwen verstond Heinen ook de gehuwde vrouw die het huishouden deed. Het idee voor de Nederlandse Vereniging voor Huisvrouwen, die zij in 1912 met Anna Polak oprichtte, kwam dan ook uit haar koker. Daarnaast maakte Heinen zich in haar jaren bij het NBV sterk voor het verbeteren van de arbeidsomstandigheden van vrouwen, bijvoorbeeld door te pleiten voor de invoering van kortere werktijden.
In 1937 volgde Heinen Polak op als directrice van het NBV. Tijdens de oorlog waakte zij over het NBV, en dook zij uiteindelijk zelfs min of meer onder met de voornaamste spullen. Na de oorlog viel het haar zwaar opnieuw te beginnen. Bij haar afscheid in 1947 werd zij benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau.
Marie Heinen was actief in vele commissies, voor het merendeel op het gebied van (vrouwen)arbeid. Zo was zij bijvoorbeeld lid van de Hoge Raad van Arbeid, van de Centrale Commissie van bijstand voor Arbeid en Migratie, van het internationaal comité voor vrouwenarbeid van de Nationale Vrouwenraad van Nederland en van het Internationale Arbeidsbureau te Genève.
Marie Heinen was actief in de vrouwenbeweging. Zij bezocht internationale congressen, waarbij haar grote talenkennis goed van pas kwam. En ze was lid van de Raad van Advies van het Internationaal Archief voor de Vrouwenbeweging (IAV). Van 1937 tot haar dood in 1948 was zij lid van de Soroptimistclub Den Haag, een internationale vereniging voor vrouwen, vergelijkbaar met de Rotary, die zich inzette voor liefdadigheidsprojecten.
Ook was Marie Heinen actief op kerkelijk gebied. Zij was niet uit een Christelijk milieu afkomstig, maar had zich uit eigen beweging aangesloten bij de Nederlands Hervormde kerk. In 1921 was zij een van de oprichtsters van de Vereeniging van Academisch Gevormde Christenvrouwen (VACV). Zij behoorde tot de Duinoordkerk in Den Haag, waar zij lid was van de zendingscommissie.
Bronvermelding: Biografisch Woordenboek van het Socialisme en de Arbeidersbeweging in Nederland – biografie Marie Heinen
– Herinneringen aan Marie Heinen. In: Vrouwenbelangen (1948)
– Afscheid van Marie Heinen. In: Vrouwenbelangen (1947)
Auteur biografie: Evan van der Plas
Publicaties van Marie Heinen:
– De vrouwenbeweging in Nederland. (1938)
– Beknopte leidraad bij beroepskeuze voor meisjes. (1938)
– Overdruk van het prae-advies voor het Nationaal Congres voor Vakonderwijs. (1919)
– Sonderschutzgesetze für Frauen. (1914)
– Vrouwenjaarboekje voor Nederland : bewerkt aan het Nationaal Bureau voor vrouwenarbeid door Marie Heinen. (1905-1920)
Literatuur over:
– Zij wil wat anders : drang tot beroepswisseling bij de vrouw : interview met Marie Heinen / Lea Wijnberg. (1947)
Archieven: Archief Marie Heinen (1881-1948) (Atria)