Kunstenaressen met een boodschap
Vermeer, Rembrandt of Van Gogh: namen van mannelijke kunstenaars die direct tot de verbeelding spreken. Maar hoe hebben vrouwen in Nederland een stempel gedrukt op kunst? Of de manier waarop we naar kunst kijken? De Maand van de Geschiedenis (oktober) staat in 2016 in het teken van Grenzen. Atria haakt aan met het thema ‘grensverleggende vrouwen in de kunst’. Met 4 blogs licht Atria elke week een grensverleggende pionier, beweging of archiefstuk uit. Deze week: Het archief van het Vrouwen Kunst Kollectief.
Archief Vrouwen Kunst Kollectief
Vrouwen hebben altijd kunst gemaakt. Lang bleef hun werk onbekend of werkten ze onder een andere naam. Vaak die van een man. Maar sommige kustenaressen werden wel bekend. Hun werk wordt nu voor veel geld verkocht. Judith Leyster, Berthe Morisot, Sara de Swart, Niki de Saint Phalle en Louise Bourgeois hebben hun plaats in de grote musea gevonden. Marlene Dumas geldt als een van de best betaalde nog levende kunstenaars. De tentoonstelling van het werk van Georgia O’Keeffe in Londen werd dit jaar druk bezocht. Ook buiten de grote namen zijjn er altijd vrouwen geweest die in het maken van kunst hun passie vonden. Ze werkten alleen of organiseerden zich in groepen en kollektieven. Bij Atria zijn hier archieven en talloze publicaties over te vinden. Zoals het archief van de Stichting Vrouwen in de Beeldende Kunst (SVBK), het archief van de Stichting Amazone en het archief van het Vrouwen Kunst Kollektief.
Vrouwen Kunst Kollectief
Naar aanleiding van de vredesdemonstratie op 21 november 1981 in Amsterdam richtten Collete Metz-la Croix en Oatty van de Lee het Vrouwen Kunst Kollectief op (VKK). Kunstenaressen variërend in leeftijd en van verschillende nationaliteiten streden samen tegen kernwapens, oorlog, fascisme, racisme en seksisme door middel van beeldende kunst. De vrouwen deden mee aan tentoonstellingen, manifestaties en demonstraties in binnen- en buitenland en maakten (collectieve) gezamenlijke kunstwerken. De inhoud van het archief is heel gevarieerd en kan door iedereen worden bestudeerd. Het bevat behalve o.m. notulen, foto’s, plakboeken, videobanden en spandoeken en ook schilderijen. Daaronder zijn 34 doeken met afbeeldingen van beroemde vrouwen, waaronder Wilhelmina Drucker, Aletta Jacobs, Emma Goldman, Joyce Lussu, Nawal el Saadawi, Joke Smit en Sophie Redmond. Het portret van Sophie Redmond werd geschilderd door Toos Koedam. Het leuke aan een archief als dat van het VKK is dat je in het archief stukken kunt vinden die je op het spoor zetten naar andere delen van de collectie. Er is in de collectie bijvoorbeeld een scriptie die over de geschiedenis van het VKK werd geschreven. Je kunt de kunstenaressen die deel uitmaken van het kollektief bestuderen. Maar de portretten van beroemde vrouwen kunnen je ook inspireren om uit te zoeken wie zij zijn en hoe bijzonder het leven is dat (zij) ze hebben geleid.
Sophie Redmond
Sophie Redmond werd geboren in Paramaribo in 1907. Na de middelbare school wilde ze in 1925 naar de Geneeskundige School. Haar vader raadde het haar af: onderwijzeres worden was in die tijd voor een zwarte vrouw het hoogst haalbare. De directeur van de Geneeskundige school weigerde haar aanvankelijk in te schrijven. Maar Redmond zette door en ondanks alle discriminatie die zij tijdens haar studie ondervond, studeerde ze in 1935 af, als eerste Creoolse vrouw. Redmond vestigde zich als arts in Paramaribo. Ze behandelde arme patiënten dikwijls gratis en gaf ook adviezen over huwelijksproblemen en financiële problemen. Eerst deed ze dat alleen in haar artsenpraktijk, maar later ook via radiopraatjes in het Sranantongo.
Vanaf de jaren veertig werd Redmond ook politiek actief. Ze werd steeds meer een voorvechtster van de Surinaamse cultuur Ze ging gekleed in de traditionele koto en deed onderzoek naar de werking van Surinaamse kruiden. In 1950 deed ze mee aan de verkiezingen als onafhankelijk kandidaat, maar ze haalde geen zetel. Sophie Redmond overleed in 1955 op 48-jarige leeftijd.